Als 16 jarige puber ging ik naar de Lagere Zeevaartschool ‘Pollux’. Dit was een opleidingsschip dat bij het Centraal Station lag. Je werd daar opgeleid tot matroos. Ondanks dat ik in Amsterdam woonde ben ik intern gegaan op de ‘Pollux’ . Een beetje spartaans was dat wel. Je sliep er in een hangmat. Deze hing je ‘s avonds op in een van de drie ruimtes die het schip telde. Deze ruimtes deden overdag dienst als leslokaal, eetzaal en recreatieruimte. ’s Nachts was het dus een slaapzaal.

Op de ’Pollux’ heb ik een mooie tijd gehad. Vooral wanneer we les kregen op andere locaties. Als we dan op weg gingen naar zo’n locatie brachten we altijd even een bezoekje aan ‘The Bulldog’ op de Oudezijds Voorburgwall. In het welbekende ‘Red Light district’. De Zeedijk namen we ook altijd even mee. In die tijd stond de Zeedijk bekend als de gevaarlijkste straat van Nederland. Het was een hangout van dealers en junkies. Maar super spannend om daar te lopen.

Na  1 jaar zeevaartschool ben ik gaan varen. Als zeeman kwam ik in alle uithoeken van de wereld.  Als het even kon dan ging ik de haven die we aandeden op zoek naar lokale ‘ambachten’. Dit met wisselend succes. 

Na mijn periode op zee ben ik de horeca ingerold. In 1993 ben ik gaan werken in ‘The Last Waterhole’. Een live muziekcafé in ‘The redlight district’ met 4 slaapzalen waar je voor 15 gulden per nacht kon slapen. Er kwamen voornamelijk backpackers op af die opzoek waren naar de typische Hollandse ‘ambachten’ die in die tijd nog redelijk uniek waren in de wereld. Dus een mooie gelegenheid voor mij om me zelf eens op deze mooie ambacht te storten.